Ingrediënten
- 1 kilogram bloem en
- bloem (om te bestuiven)
- 2 eetlepels witte basterdsuiker
- 2 zakjes gist
- 80 gram boter
- 1 kilogram half-om-half gehakt
- nootmuskaat
- 2 eieren (losgeklopt)
- 2 beschuiten (verkruimeld) of
- 3.5 eetlepels paneermeel
Meng 1 kilo bloem met 4 theelepels zout, de suiker en gist. Smelt de boter en voeg met 300 ml lauwwarm water toe aan het bloemmengsel. Roer of mix door elkaar en voeg al roerend nog circa 200 ml lauwwarm water toe. Kneed door tot een stevige massa. Kneed daarna op het werkvlak nog 10 minuten door tot een soepel deeg. Laat het deeg in een kom afgedekt 1 uur rijzen op een warme plaats. Meng intussen het gehakt met zout, peper en nootmuskaat naar smaak. Voeg 1 ei en de verkruimelde beschuit toe en kneed het gehakt door. Vorm circa 28 worstjes van het gehaktmengsel en leg ze afgedekt in de koelkast. Bestuif eventueel licht met bloem. Neem het deeg uit de kom, kneed goed door en verdeel in circa 28 bolletjes. Dek losjes af met een theedoek of folie en laat nog 30 minuten rijzen.